Openbaar vervoer
We hebben een intensieve en spannende periode achter de rug rond het openbaar vervoer. Na meerdere procedures en rechtszaken heeft de rechter begin december bevestigd dat de provincie de concessieverlening zorgvuldig en correct heeft uitgevoerd. Daarmee werd de gunning aan Transdev en Keolis definitief en is nu helder wie de komende tien jaar het openbaar vervoer in onze provincie verzorgt. Voor de provincie is dit een goede uitkomst. Vijf commerciële vervoerders deden mee aan de aanbesteding, wat zorgde voor stevige concurrentie. Het resultaat is meer en toegankelijker openbaar vervoer, schoner en comfortabeler materieel en lagere kosten voor de belastingbetaler. Dat is precies waar we als VVD voor staan.
De start verliep helaas verre van vlekkeloos. Door een combinatie van verwachte en onverwachte omstandigheden waren er dagenlange verstoringen in de dienstverlening. Dat is niet acceptabel. De provincie verwacht van de vervoerders dat zij snel en structureel beter presteren. Zij werken hier momenteel met man en macht aan, en ik blijf daar scherp op sturen.
Goed nieuws voor reizigers is dat per 1 januari nieuwe, eenvoudigere tarieven ingaan. Iedereen betaalt maximaal 10 euro per dag, en wie zich registreert zelfs maximaal 100 euro per maand. Voor veel mensen betekent dit een duidelijke en voordeligere keuze voor het openbaar vervoer.
Doorfietsroutes
Ook voor de fiets hebben we een belangrijke stap gezet. Met het ondertekenen van een intentieovereenkomst met betrokken gemeenten en Schiphol als private partner is de aanleg van vier nieuwe doorfietsroutes gestart. Deze routes maken het aantrekkelijker om langere afstanden comfortabel, snel en veilig te fietsen, voor forensen, scholieren en recreanten.
Het gaat om de routes Houten–Culemborg tot aan de pont, Houten–Utrecht centrum, Amersfoort–Soesterberg–Zeist–Utrecht Science Park en Mijdrecht–Uithoorn–Schiphol. Met name de route richting het Utrecht Science Park is strategisch belangrijk vanwege de ligging langs kennis- en werklocaties en de koppeling met groot onderhoud en rijksinvesteringen. Dit zijn gerichte investeringen in bereikbaarheid en keuzevrijheid, die bijdragen aan een sterke regionale economie.

Rapport Wennink
Het adviesrapport van de heer Wennink, opgesteld op verzoek van de minister van Economische Zaken, gaat over de weerbaarheid van onze economie en raakt direct aan provinciale ambities op het gebied van innovatie en maatschappelijk relevante bedrijvigheid, zoals biotech.
Vanuit Utrecht hebben ondernemers, kennisinstellingen en overheden actief bijgedragen aan de gesprekken die aan dit rapport ten grondslag lagen. Het is positief dat de richting van Wennink brede steun krijgt, zowel bij de formerende fracties, waaronder de VVD, als bij het bedrijfsleven. We verwachten dat decentrale overheden nadrukkelijk worden aangesproken op het organiseren van randvoorwaarden en uitvoeringskracht. Daarbij is het van belang dat het nieuwe kabinet ook financiële ruimte biedt, bijvoorbeeld via onze regionale investeringsmaatschappij. Investeringen zijn noodzakelijk om het verdienvermogen van Nederland in de pas te houden met onze welvaartsambities.
Het rapport legt sterk de nadruk op grootbedrijf en industrie. In Utrecht zien wij juist ook het mkb, ondernemerschap en vernieuwing als belangrijke dragers van innovatie. Positief is de erkenning van de sterke positie van life sciences en biotech rond het Utrecht Science Park en de kansen om via betere valorisatie en gerichte investeringen innovatie sneller te laten doorwerken in de samenleving. Dat ondersteun ik van harte.
Klik HIER voor het rapport Wennink

Deze maand bezocht het college ook Brussel om daar met Europarlementariërs en beleidsmakers te spreken over de Europese begroting en de kansen die dat biedt voor ons bedrijfsleven. Ik sprak onder meer met Jeanette Baljeu en we blijven ons samen onvermoeibaar inzetten voor het MKB en voor innovatief ondernemerschap!

Tot slot wens ik u allen een goed en gezond nieuw jaar. Een jaar waarin we samen kunnen werken aan concrete resultaten en mooie uitvoeringsprojecten, juist nu we het laatste volle jaar van deze Statenperiode ingaan. Ik kijk ernaar uit om samen met onze gemeenten en wethouders stappen te blijven zetten voor een bereikbare, ondernemende en toekomstbestendige provincie.