Ruimte voor nieuwe initiatieven
Technische ontwikkelingen gaan snel, en zo geldt dat
ook voor de opwekking van duurzame energie. Woordvoerder Jacqueline Vaessen: “
Ik ben blij dat in de energieagenda expliciet vermeld staat dat nieuwe
opschaalbare kansrijke initiatieven gevolgd worden en eventueel ondersteund
worden als deze een evidente bijdrage leveren aan de energietransitie. Dit
biedt ook kansen voor het regionale bedrijfsleven, omdat we ze uitdagen om met
nieuwe innovaties op de markt te komen”.
Ruimte voor duurzame opwek van energie beperkt
Wie naar de windkaart van Nederland kijkt ziet immers
dat er in onze provincie maar weinig locaties zijn die voldoende zijn voor een
windturbine. Zeker gezien de grote hoeveelheid groen in onze provincie en de
dichte bebouwing in de rode contour. Vanzelfsprekend houden we ons aan de met
het rijk afgesproken doelstelling om 65,5 MW in ruimtelijke regelgeving
mogelijk te maken. Windturbines zullen alleen dan geplaatst worden als er
binnen de betreffende gemeente draagvlak voor bestaat. Ook voor andere duurzame
vormen van energieopwekking zoals bijvoorbeeld zonne-energie is in onze
provincie weinig ruimte beschikbaar. Zelfs als we alle daken vol zouden leggen
met zonnepanelen komen we nog lang niet aan 10% opgewekte duurzame energie.
Focus op energiebesparing
Om toch de gewenste 10% duurzame energie opwek in
2020 te halen ligt de prioriteit in de energieagenda terecht op
energiebesparing. Als je in totaal minder energie gaat verbruiken, stijgt het
aandeel duurzame opwek namelijk ook. Om meer energiebesparing in de gebouwde
omgeving te realiseren wordt het energiefonds van de Gemeente Utrecht
uitgebreid naar de hele provincie. Vanuit dit fonds worden leningen verstrekt
aan particulieren en kleine bedrijven die investeren in energiebesparing.
Doordat het een revolverend fonds is (het geld komt elke keer weer terug in het
fonds) kan veel meer energiebesparing gerealiseerd worden dan als om subsidies
zou gaan. En omdat de leningen moeten worden terugbetaald, zullen ook de
initiatieven economisch 'duurzamer' zijn.